Aan jeugdigen met een verstandelijke, lichamelijke, zintuiglijke, somatische of psychische aandoening met een tekort aan zelfredzaamheid bij persoonlijke verzorging. Het gaat om hulp bij Algemene Dagelijkse Levensverrichtingen (ADL-taken) en eventueel ook om de controle van lichaamsfuncties, voor zover die zorg gericht is op het opheffen van een tekort aan bij algemene dagelijkse verrichtingen. De ondersteuning richt zich op het vergroten van de zelfredzaamheid van de jeugdige. Indien mogelijk is de inzet gericht op het in de toekomst zelf of met familie uitvoeren van de taken.
Gericht op herstel, verbeteren, ontwikkelen, stabiliseren en/of compenseren van de zelfredzaamheid, het welbevinden en/of de kwaliteit van leven (niet zijnde persoonlijke verzorging). Hieraan kan psychische/psychosociale problematiek ten grondslag liggen. Voorbeelden: begeleiding, logeren.
1.3 Behandeling (individueel en/of groepsgewijs)
Gericht op herstel, genezing, ontwikkeling, stabiliseren en/of hanteerbaar maken van problemen in het dagelijks functioneren. Deze kunnen van pedagogische, systemische of psychologische/psychiatrische aard zijn. Daarbij hoort het verbeteren van algemene competenties en vaardigheden. Voorbeelden: basis GGZ, (hoog) specialistische GGZ, pharmacotherapie, bewezen interventies volgens databank NJi, diagnostiek, vraagverduidelijking, (intensieve) systeeminterventies.
1.4 Ambulante Spoedhulp
Wordt ingezet om te acteren op acute onveiligheid of crisissituaties. De methode kan tevens worden ingezet na de crisisinterventie vanuit Spoed Eisende Zorg (SEZ) en/of de crisisdienst GGZ. Ambulante Spoedhulp is, conform de methodiek Ambulante Spoed Hulp (ASH), een kortdurende, intensieve, activerende hulpverleningsvorm. Deze hulpverlening verkent en ordent de problematiek, biedt gezinsleden structuur en veiligheid, activeert het sociaal netwerk van het gezin, vergroot het probleemoplossend vermogen van de afzonderlijke gezinsleden en herstelt de regie in het gezin. Al dan niet in combinatie met toeleiding naar aanvullende (intensieve) hulpverlening.
Bovengenoemde voorbeelden zijn niet limitatief.
2. Gezins- en Woonvormen (GWV)
2.1 Pleegzorg
Onder Pleegzorg verstaan we een normale gezinssituatie buiten het eigen gezin begeleid door een professional(s). De jeugdhulpaanbieder biedt het pleeggezin, de ouders en de jeugdige begeleiding en ondersteuning. Pleegzorg kan plaatsvinden in netwerkgezinnen (bekenden van het gezin of de jeugdige) en bestandsgezinnen (gezinnen die zich bij een Inschrijver hebben aangemeld).
2.2 Gezinshuis
Gezinshuiszorg betreft wonen en begeleiding in een gezinsvorm. In een gezinshuis wonen gezinshuisouders met meerdere geplaatste jeugdigen en soms met eigen kinderen. Gezinshuisouders zijn vaste professionele opvoeders die zeven dagen per week 24 uur per dag hun beroep uitoefenen en beschikbaar zijn. Een gezinshuis biedt een vervangende gezinssituatie en biedt een veilige, stabiele opvoed- en opgroeiomgeving. Dit betekent professionele zorg en ondersteuning.
2.3 Verblijf Groep
Verblijf groep betreft het bieden van een veilige en stabiele opgroeiomgeving, wanneer daar in de thuissituatie geen invulling aan kan worden gegeven. De plaatsing is gericht op continuïteit en het voorkomen van breuken (overplaatsingen) in het leven van de jeugdige.
2.4 Wonen gericht op zelfstandigheid
Dit betreft vormen van zelfstandigheidstraining, bijvoorbeeld kamertraining of begeleid wonen. Het kan geboden worden in een gezamenlijk huis met verschillende kamers en/of appartementen (of geschakelde woningen) met mogelijkheden om bijvoorbeeld te leren koken, wassen etc.
3. Wmo Integrale Ondersteuning
3.1 Ondersteuning
is gericht op herstel, verbeteren, ontwikkelen, stabiliseren en/of compenseren van de zelfredzaamheid en het welbevinden en/of de kwaliteit van leven. Persoonlijke verzorging valt hier niet onder. De ondersteuning kan gericht zijn op door-, uitstroom, stabilisatie of voorkomen van achteruitgang. De ondersteuningsbehoefte, complexiteit van de problematiek en benodigde intensiteit van de ondersteuning verschilt per cliënt. Hieraan kan somatische, psychogeriatrische, psychosociale, psychiatrische problematiek ten grondslag liggen en/of kan sprake zijn van een lichamelijke, verstandelijke of zintuigelijke beperking.
3.2 Persoonlijke Verzorging
Richt zich op het ondersteunen bij en overnemen van Algemene Dagelijkse Levensverrichtingen (ADL) op het gebied van persoonlijke verzorging. De dienstverlening is gericht op het opheffen van een tekort aan zelfredzaamheid op dit gebied. Dit sub-segment richt zich op het aanleren, oefenen, verbeteren en bestendigen van vaardigheden en gedrag rondom persoonlijke hygiëne en lichamelijke basiszorg. Het uitgangspunt is het vergroten van de zelfredzaamheid van de cliënt. De inzet is in principe eindig. Indien mogelijk, wordt erop ingezet dat de cliënt in de toekomst (weer) zelfstandig of met inzet van het sociaal netwerk de taken kan uitvoeren. Persoonlijke Verzorging kan ook bestaan uit advies, instructie en voorlichting aan de cliënt. Hiertoe behoort desgevraagd ook het adviseren van informele verzorgers van de cliënt. Het kan gaan om cliënten met verschillende problematieken. Zoals cliënten met psychogeriatrische, psychosociale, psychiatrische, lichamelijke, verstandelijke of zintuigelijke problematiek23. De intensiteit van de ondersteuning verschilt per cliënt.
De aard van de ondersteuningsbehoefte ligt nadrukkelijk niet op een behoefte aan geneeskundige zorg of een hoog risico hierop. De gemeenten zijn alleen verantwoordelijk voor het gedeelte van persoonlijke verzorging dat niet onder voorliggende wet- en regelgeving valt, zoals de Zorgverzekeringswet (Zvw) of Wet Langdurige Zorg (Wlz).
4. Wmo Wonen
4.1 Beschermd Thuis
Richt zich op de cliënt, die zelfstandig woont en vanuit zijn ondersteuningsbehoefte gebaat is bij onplanbare ondersteuning. Het gaat om 24-uurstoezicht op afstand en/of begeleiding op afroep. Het kan ook gaan om ‘waakvlam-contacten’, zodat flexibel gereageerd kan worden op de (veranderende) ondersteuningsbehoefte. Ondersteuning op afroep is voldoende om een veilige woon- en verblijfsomgeving te waarborgen. Hieraan kan psychische en/of psychosociale problematiek ten grondslag liggen.
4.2 Beschut Wonen (24-uurs begeleiding)
Is een 24-uurs integraal ondersteuningsaanbod, waarbij nabijheid is georganiseerd. Vanwege de instabiliteit van de problematiek en de onvoorspelbaarheid van de hulpvraag kan op elk moment van de dag ondersteuning nodig zijn. Daarom is geclusterd wonen noodzakelijk. Cliënten helpen elkaar en hulp is overdag nabij. Onder integraal ondersteuningsaanbod wordt verstaan: begeleiding op het gebied van wonen, begeleiding bij de individuele ondersteuningsbehoefte en een passende daginvulling. De begeleiding heeft als doel het vergroten van de eigen regie, waaronder het aanleren van nieuwe (of herstel van verloren) competenties en vaardigheden. Het doel van de begeleiding is ook het vergroten van de zelfredzaamheid van de cliënt en het waarborgen van de stabiliteit van de cliënt. De begeleiding is in de nabijheid van de cliënt. Wanneer het nodig is, kan de cliënt er direct een beroep op doen. Deze vorm van wonen is bedoeld voor cliënten die door psychische en/of psychosociale problemen (tijdelijk) niet zelfstandig kunnen wonen.
4.3 Beschermd Wonen (24-uurszorg)
Is 24-uurs integraal ondersteuningsaanbod, met continu toezicht en nabijheid. De zorg is niet planbaar of uitstelbaar. Daarom is continue aanwezigheid noodzakelijk. Onder integraal ondersteuningsaanbod wordt verstaan: begeleiding op het gebied van wonen, begeleiding bij de individuele ondersteuningsbehoefte en een passende daginvulling. Het doel van de begeleiding is aanleren van vaardigheden en vergroten van de zelfredzaamheid van de cliënt, naar vermogen van de cliënt. Het doel van de begeleiding is ook het waarborgen van de stabiliteit van de cliënt. Er kan sprake zijn van (forse) gedragsproblematiek, psychiatrie of dat zij een gevaar voor zichzelf of voor hun omgeving kunnen vormen.
JeugdzorgPlus: is er voor jeugdigen met zeer complexe gedragsproblemen. Deze jeugdigen moeten vanwege risico op onttrekking aan zorg, risico voor hun eigen veiligheid of die van hun omgeving gesloten geplaatst worden. JeugdzorgPlus biedt behandeling en de structuur die nodig is om op termijn weer zoveel mogelijk te participeren in de maatschappij. Jeugdigen in JeugdzorgPlus dienen tegen zichzelf en/of anderen in bescherming te worden genomen. Hiervoor is opname in een gesloten voorziening noodzakelijk. JeugdzorgPlus vindt plaats op het terrein van een instelling.
Verblijf Complex: omvat de drie-milieu-voorzieningen met een open karakter. Verblijf Complex kan ook een gezinsopname zijn, waarbij de jeugdige en ouders een veilige omgeving wordt geboden en waarbij ouders intensieve begeleiding en behandeling krijgen waarmee ze hun opvoedvaardigheden versterken. Tot het sub-segment Verblijf Complex behoort ook de beschikbaarheid van 24-uurszorg (inclusief verblijf) voor inzet bij een crisisinterventie.
Crisiszorg GGZ: is intensieve (thuis)behandeling van jeugdigen en het gezin / huishouden vanuit hun vertrouwde omgeving, thuis of op locatie. Het doel van deze hulp is onder andere:
Oplossen van acute problemen;
Waarborgen van veiligheid;
Herstellen van het evenwicht in het gezin / huishouden;
Bereiken van inzicht en acceptatie van de mogelijkheden en beperking(en);
In beeld brengen van wat een jeugdige nodig heeft;
Werken aan vaardigheden;
Betrekken van het eigen netwerk;
Voorkomen van een uithuisplaatsing van één of meerdere jeugdigen.
Daarnaast de klinische GGZ voor jeugdigen met ernstige psychische, psychosociale of psychiatrische problemen die voor intensieve behandeling worden opgenomen in een kliniek (zowel op vrijwillige als op gedwongen basis).
Landelijk Transitie Arrangement
De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) maakt namens alle gemeenten afspraken met aanbieders die een essentiële, landelijke functie vervullen in het zorglandschap. Voor deze functies sluiten we (namens het collectief van gemeenten) raamovereenkomsten waarbinnen gemeenten naar gebruik afrekenen. De VNG heeft hiervoor het mandaat gekregen in de algemene ledenvergadering.
Het Landelijk Transitiearrangement (LTA) is een set aan afspraken die door de VNG landelijk wordt gemaakt, met een beperkt aantal jeugdhulpaanbieders, om er zeker van te zijn dat er een contractbasis is voor aanbieders met uitzonderlijk aanbod.